1

door Willem W. Waterman




     Ik heb in deze kolommen al eens een privé-applausje doen hooren over de helpende hand, door den Nederlandschen Omroep toegestoken aan de Nederlandsche Kleinkunst, die kwijnde in de omgeving van het Amsterdamsche Leidscheplein. Het komt in het leven, zooals wij allen hebben ervaren, zelden voor, dat een uitgestoken helpende hand wordt gewaardeerd. Het komt nog minder dikwijls voor, dat deze verleende hulp werkelijk gunstige resultaten teweeg brengt. Des te verbazingwekkender is het, dat deze helpende Staatshand zulke verbluffend goede resultaten heeft opgeleverd....
     Ik zei dit ook ronduit tegen de jeugdige corypheeën der Kleinkunst. De plaats waar deze woorden gesproken werden - ik moet het bekennen - was het terras van het Hof van Holland.
     „Het verbazingwekkende is”, zei ik peinzend, „niet, dat de Omroep adspiranten heeft kunnen vinden voor de Kleinkunst, maar wel dat wat er is overgebleven - in casu jullie - van zulk een merkwaardig goed gehalte is”.
     Zij waren met hun vieren en negen hun hoofden en lieten dit compliment - dat ik oprecht meende - als een geurige wolk over hunne kruinen gaan. Ik herhaal: ik méénde, wat ik zei. Per slot van rekening spelen de meesten van hen sinds maanden in mijn programma’s luisterspelen. Ik kan het dus weten.
     „Wij zijn de zes overgeblevenen van 400 liefhebbers”, zei Hetty Blok. Ik keek eenigszins verbijsterd. Dat er in Holland 400 adspirant-kleinkunstenaars in eerste linie zouden bestaan, leek mij sterk.
     „Wij kunnen het niet helpen”, zei Henk Fortuin, „zoo was het. Vierhonderd beantwoordden den oproep van den Omroep. En hier zitten we nu.... met zijn zessen.
     Mag ik u deze zes voorstellen? Twee vrouwen en vier mannen.
     Op het rijtje af.... Thea Tulleken, geboren in Maastricht. Tevens de eenige van wie ik een foto kon bemachtigen. Iedereen zegt mij altijd foto’s toe, maar ze vallen nooit in mijn brievenbus.... Hetty Blok had wél een foto, maar die mocht ik niet hebben, omdat ze haar schoonheid geen recht deed wedervaren. Laten wij eerst deze twee vrouwen vergelijken. Thea Tulleken heeft een zeer geprononceerden aanleg in de richting van voordracht en tooneel. Menigeen heeft bij de radio steen en been geklaagd over het feit, dat alle radio-acteurs betrokken werden uit menschen van de planken.... verzadigd met rhetorica. Het lijkt mij welhaast onafwendbaar, dat Thea Tulleken vandaag of morgen via de radio op de planken komt. Zij is een van de beste geboren actrices, die ik gekend heb. Ze heeft die kostbare eigenschap, dat zij niet acteert of tracht te acteeren, maar elke rol onmiddellijk beleeft.


Thea Tulleken.                      (Familiefoto)

     Hetty Blok is in Arnhem geboren.
     Toen ik eenmaal wist dat Thea uit Maastricht kwam en Hetty uit Arnhem, herinnerde ik me het oude verhaal, dat tegenwoordig zooveel opgeld doet, dat het cultureele zwaartepunt des lands zich meer en meer naar het Zuiden verplaatst. Ik haastte mij dus, te informeeren, waar onze vier jongelingen geboren waren.... en ziet: Henk Fortuin is geboren in Groningen, Fred Mengers in Amsterdam, Ben Steggerda in West Friesland en Frans Vrolyk (die bij het samenzijn niet aanwezig was, omdat hij arbeidt in den Arbeidsdienst), in Rotterdam. Uit deze gegevens is geen enkele conclusie te trekken....
     Henk Fortuin’s hoofdvertier is: zingen. Bij de Melodisten. De vierde van het span is Fred Menger, de Amsterdammer. Hij is een voortreffelijk declamator en heeft een prachtige, donkere stem.
     Henk Fortuin is zijn tegenpool. Vroolijk en opgewekt van natuur maar zonder oppervlakkig te zijn. Luisteraars kennen zijn Fransche en Duitsche liedjes die hij op voortreffelijke wijze weet over te brengen. Steggerda en Vrolijk waren niet in den kring aanwezig.
     Wat mij bovenmate interesseert is, de carrières van deze jonge kleinkunstenaars te volgen. Wie van hen zullen eens „met groote letters” op de affiche van theaters en schouwburgen staan aangeplakt?



[1]Column uit „Cinema & Theater”, 1943, nr. 26 (Amsterdam, 25-06-1943).