Het veertiendaagsche tijdschrift Flits, waarvan het eerste nummer thans voor U ligt, treedt in de plaats van De Drie-Stuiversroman. Evenals in laatstgenoemd blad zal in Flits het verhalende element hoofdzaak zijn, doch een centrale hoofdfiguur als Philip Raack in De Drie-Stuiversroman zal er niet zijn. Integendeel, de redactie streeft er naar den inhoud zoo afwisselend mogelijk te maken, en daarom zal het hoofdverhaal, dat elk nummer bevat, den eenen keer een speurdersverhaal zijn, den anderen keer een liefdeshistorie, een derden keer een verhaal vol avontuur, enzoovoort. Er zal bovendien naar worden gestreefd zoowel in dit hoofdverhaal als in de verdere verhalen, in het feuilleton en de anecdoten, steeds de - actueele of historische - werkelijkheid te doen opflitsen, waarmede in een paar woorden de nieuwe naam van ons tijdschrift moge zijn verklaard. Daar verder aan het illustratieve gedeelte meer aandacht zal worden besteed, vertrouwen wij gaarne, dat Flits zich in korten tijd een even grooten vasten lezerskring zal verzekeren als met De Drie-Stuiversroman het geval was! |
Midden in oorlogstijd, nu de wereld in hermetische gesloten vakken verdeeld is, heeft Flits o.a. de hand kunnen leggen op een aantal korte novellen van moderne Amerikaansche schrijvers! Hier volgt het eerste Amerikaansche verhaal: de tragi-comedie van een klein menschenpaar, welks levens draaien om de dames-ondergoederenindustrie van Madison Avenue, New York. |
- Krantenventer: Laatste rede van Stalin!
- De onverbeterlijke optimist: De laatste! Eindelijk zwijgt hij dus! |
3) Korte inhoud van het voorafgaande: Bij Ellersen Sr., een der grootste reeders van Bremen, is feest, ter eere van de dochter van den Braziliaanschen minister van financiën, Dolores, die als gast te Bremen verblijft. De gastheer bespreekt met Bremens burgemeester de kansen van de stad in den concurreritiestrijd met Engeland in den koffiehandel. Intusschen bespreekt Lord Beaconsfield de kansen voor Engeland met den keizer van Brazilië, Don Pedro. Daarna bezoekt Beaconsfield de Markiezin van Santos, s Keizers minnares. |
(Wordt vervolgd). |
P 1083/6. |