SITVS ERVDITIONIS CLASSICAE CVLTAEQVE
Villa e Galleria Borghese | Villa en Galleria Borghese
Laat ik allereerst beginnen met het uit de wereld helpen van een hardnekkig misverstand! Er zijn twee begrippen in omloop: Villa Borghese en Galleria Borghese.
In tegenstelling tot wat in Nederland altijd wordt aangenomen, wordt met Villa Borghese het tachtig hectare grote park aangeduid; in de noordoostelijke hoek van dit
immense park ligt een villa, maar die heet Galleria Borghese. Om het feest nog verwarrender te maken, is de officiële naam van dat gebouw Villa Borghese Pinciana.
Ingewikkelde jongens, die Romeinen.
Het terrein was vanaf 1580 als wijngaard in het bezit van de bekende Romeinse familie Borghese; enkele decennia later had deze aristocratenfamilie de wijngaard door de aankoop
van aanpalende wijngaarden en landerijen uit weten te breiden tot de huidige omvang. In 1605 werd de wijngaard, gelegen op de Pincio-heuvel in het noorden van Rome, op last van
kardinaal Scipione Borghese (* 1 september 1577 , 2 oktober 1633) - een neef van paus Paulus V en mecenas
van de beroemde kunstenaar Gian Lorenzo Bernini (* 7 december 1598 , 28 november 1680) - tot een park getransformeerd.
Het is met afstand het grootste park in Rome (als we de diverse, sinds kort samengevoegde archeologische parken even niet meerekenen) en zonder ook maar de minste
vorm van twijfel het mooiste.
In totaal zijn er zes monumentale toegangspoorten tot het park. In dat park treffen we, zoals dat in het Europa van na de renaissance gebruikelijk was, een scala van de meest
exotische planten en bomen aan. Dat is echter lang niet alles: behalve de Galleria Borghese - waarover later meer - herbergt het park nog enkele belangrijke en fraaie gebouwen,
waarvan de Villa Giulia, het rijkste Etruskische museum ter wereld, het belangrijkste is. Hier treffen we zon beetje alle hoogtepunten die dit geheimzinnige volk
ons nagelaten heeft aan, waarvan ik in dit kader alleen de prachtige Sarcofago degli Sposi uit de Banditaccia-begraafplaats in Cerveteri, de drie gouden plaatjes uit Pyrgi
met inscripties in het Etruskisch en het Fenicisch (eind zesde eeuw v.C.), een kopie van de beroemde lever van Piacenza, talloze, verhelderende reconstructies van Etruskische
tempels en graven en de Cista Ficoroni, een 77 cm hoge koperen sieradendoos die in de 18e eeuw in Palestrina - een stadje op zon 25 kilometer ten oosten van Rome met
een busverbinding die de onovertroffen kwaliteit van het Nederlandse openbaar vervoer benadert - werd gevonden. Wie Romeinse kunst en cultuur wil doorgronden, is verplicht om de
Villa Giulia te bezoeken om met eigen ogen te zien wat de Etrusken voor de Romeinen en dus voor onze cultuur hebben betekend. Het feit dat hun taal nog steeds niet volledig
is ontcijferd, maakt dit volk voor ons zo geheimzinnig.
De Sarcofago degli Sposi (530-520): de stijl van de sarcofaag wijst op culturele contacten met de Griekse steden in Klein-Azië | (Kopie van) de lever van Piacenza: een bronzen model van een schapenlever uit 120 à 80 v.C., dat door haruspices werd gebruikt om schapenlevers te lezen | De Cista Ficoroni uit de vierde eeuw v.C. werd in 1738 door de antiquair Francesco de Ficoroni gevonden in Palestrina, het antieke Praeneste |
De bronzen plaatjes van Pyrgi (eind zesde eeuw v.C.), twee met inscripties in het Etruskisch en een in het Fenicisch; het gaat dus niet om een letterlijke vertaling, maar de bilingue teksten kunnen de geleerden wel een aardig eind op weg helpen met een eventuele ontcijfering van het Etruskisch | Het Nederlands Instituut in Rome heeft zelfs een opschrift in het Latijn boven de ingang; in de jaren 90 was wijlen Prof. Dr. H.A.A.P. Geertman directeur van het instituut | Het standbeeld van een van de beroemdste Perzische dichters, Firdusi; de transcriptie van het Perzische alfabet wijkt in het Italiaans iets af van die die wij in Nederland gewend zijn |
|
|
|
Het beroemdste monument dat Pietro Canonica ontwierp, is ongetwijfeld het Cumhuriyet Anıtı op het Taksim Meydanı in Istanboel (1928). Hier is het model met een strijdlustige Mustafa Kemal Atatürk (* 1881 , 10 november 1938) voorop, met İsmet İnönü (* 24 september 1884 , 25 december 1973) en Fevzi Çakmak (* 12 januari 1876 , 10 april 1950) aan zijn zijde | De dichter van Die Leiden des jungen Werthers, Götz von Berlichingen, Der Erlkönig, Torquato Tasso, Faust en nog veel meer klassiekers, Johann Wolfgang Goethe (* 28 augustus 1749 , 22 maart 1832; sinds 1782 von Goethe) woonde van november 1786 tot februari 1787 en van juni 1787 tot april 1788 in Rome. Zijn zoon August ligt begraven op het Cimitero Acattolico in Rome |
Het magistrale uitzicht vanaf de Pincio op Piazza del Popolo en het westen van Rome |
De broers Enrico (* 6 februari 1840 , 23 oktober 1867) en Giovanni Cairoli (* 27 juli 1842 , 11 september 1869) werden op 21 oktober 1867 met een klein
contingent Garibaldi-soldaten bij Villa Glori, in een noordelijke buitenwijk van Rome, omsingeld en neergeschoten door pauselijke zoeaven. Enrico overleed ter plaatse,
zijn broer Giovanni overleed twee jaar later aan zijn verwondingen. Het monument is in 1883 gebeeldhouwd door Ercole Rosa (* 13 februari 1846 , 12 oktober 1893),
zelf een oud-strijder van de Garibaldisten. Typisch voor (Italiaanse?) beeldhouwkunst van de negentiende eeuw is dat er naast het eigenlijke monument vaak nog een los onderdeel
ligt of staat, in dit geval de heilige vlag van de Garibaldisten. Een oudere broer van Enrico en Giovanni, Benedetto Cairoli (* 28 januari 1825 , 8 augustus 1889), was
van 1879 tot 1881 premier van Italië; twee andere broers waren eveneens gesneuveld tijdens de Risorgimento, de strijd om de eenwording van Italië tussen
vooral de troepen van Garibaldi en Cavour enerzijds en de paus, als staatshoofd van de Kerkelijke Staat, ondersteund door ongeveer 11.000 zoeaven, anderzijds. |
De Galleria Borghese met enkele leerlingen die ongeduldig wachten tot ze naar binnen mogen. |
Plattegrond van de begane grond (piano terra) van de Galleria Borghese, daar waar o.a. de beelden van Bernini staan. | Plattegrond van de eerste verdieping (primo piano) van de Galleria Borghese |
Ritratto di Paolina Bonaparte come Venere Vincitrice (Paolina Borghese als Venus Victrix, oftewel de zegevierende godin van de liefde: met de appel die Paris aan haar
had toegewezen in haar linkerhand). |
De David van Bernini (1623-1624) | Detail |
| Detail |
Apollo e Dafne (Apollo en Daphne, 1622-1625) is het topstuk van de vier mythologische beelden van Bernini in dit museum. Het beeld van de statische Daphne en de beweeglijke Apollo zou Georg Friedrich Händel (* 23 februari [Juliaanse kalender] / 5 maart 1685 [Gregoriaanse kalender] , 14 april 1759) geïnspireerd hebben tot diens Cantata drammatica Apollo e Dafne (HWV 122) en Richard Strauss (voluit: Richard Georg Strauss, * 11 juni 1864 , 8 september 1949) tot de opera Daphne (op. 82) |
Ratto di Proserpina (door ons Pluto en Proserpina, door | Detail |
Enea e Anchise (Aeneas en Anchises, 1618-1619) | Detail |
Autoritratto in veste di Bacco | San Girolamo (Sint Hieronymus) |
Diana e Atteone (Diana en Actaeon) |
We hebben nu zowat alle denkbare kunstvormen kunnen aanschouwen in het immense park, op eentje na: de Cinema Italiano, de Italiaanse film. Op het naar hem genoemde
Largo Marcello Mastroianni in de Villa Borghese wordt een eerbetoon gebracht aan deze beste Italiaanse acteur aller tijden (* 28 september 1924 , 19 december
1996). |
Naar de Situs Educationis Classicae Cultaeque. |
Naar de Situs Classicus. |